Geert Lovink on Fri, 1 Jan 1999 17:17:20 +0100 (CET)


[Date Prev] [Date Next] [Thread Prev] [Thread Next] [Date Index] [Thread Index]

nettime-nl: Marinus van der Lubbe - heilige van de negativiteit (bilwet)


Marinus van der Lubbe - heilige van de negativiteit
een moderne theorie-legende
door bilwet

"Jezus heb nooit bestaan. Daar ken je Rinus dus niet mee vergelijken."
Koos Vink

Als we de verhaallijn van Hermann Broch volgen, kan een kleine ergernis
bij het instappen van een drukke stadstrein op maandagmorgen nog voor de
volgende halte zijn uitgegroeid tot een wereldcomplot op de drempel van
zijn uitvoeringsfase. Er wordt tegen je aangeduwd op het perron en voor je
er erg in hebt sta je het opblazen van het treinstel te plannen, dat
daarna als een vonk overslaat en in een kettingreactie niets minder dan de
wereldgeschiedenis tot explosie brengt. Zoiets krijgt het keurmerk van de
gerechtvaardigde woede. Zodra je een keer toegeeft aan je opgehoopte
vernederingen breekt de razernij los die de continenten op drift brengt.
Trek de bevelsangel eruit en wat volgt is een pirotechnisch hoogstandje.
Dat hoeft niet altijd de Reichstag te zijn. Het kan ook blijven steken in
een in de hens gestoken vuilnisbak, een flame war op je Internet, een
granaat onder de BMW van een kunstenaar, een bad trip die in het hellevuur
eindigt, irritaties in de relatiesfeer die uitlopen op het uitfikken van
de gezinswoning, de aansteker die tevergeefs de bekleding van de
busstoelen aftast. Het kan ook eindigen met de bibliotheek die in de as
wordt gelegd, de smeulende sigaret die uiteindelijk het matras wil
bereiken, de omvallende kaars die het werk van 10 jaar in een keer doet
wegsmeulen. Al deze woede lijkt slechts zelden iets op te leveren. Maar
deze economische kritiek van kosten en baten slaat uiteindelijk de plank
mis. Als je de drempelwaarde van de gramschap gepasseerd bent zegt ook de
legitimatieplicht je weinig meer. De vraag "waar hebt dat nou voor nodig?"
behoort bij de wereld waarop men kwaad is en kan dus niet worden
beantwoord, alleen afgestraft.

"Ik dacht, rondlopen, eten en slapen is toch geen actievoeren." Aan het
woord is Marinus van der Lubbe, die uitlegt geeft over het waarom van zijn
prikactie aan de Platz der Republik op 27 februari 1933. "Mijn opvatting
was dat er beslist iets moest gebeuren om tegen dit systeem te
protesteren. Omdat de arbeiders toen niets wilden ondernemen, wilde ik
gewoon wat doen. Ergens brand stichten hield ik voor een geschikt middel."
Vroeger werd deze mentaliteit afgedaan als blind actionisme, alleen had de
drang tot actie in dit geval wel degelijk effecten. Rinus van der Lubbe is
de uitzondering op de regel die stelt dat geschiedenis niet gemaakt, maar
enkel kan worden ondergaan door de eenling. Toch is hij erin geslaagd om
in zijn eentje de Republiek van Weimar aan zijn einde te brengen en
weerlegde hij daarmee het indertijd heersende idee dat de pias van een
Hitler na een paar maanden vanzelf weer zou verdwijnen - met alle gevolgen
vandien. Rinus staat hoog op de lijst van de honderd historische gestalten
die deze eeuw zijn typische draai hebben weten te geven. Tot voor kort
werd hij nog niet erkend als genie, kunstenaar, wereldschrijver, politiek
filosoof danwel staatsman, maar nu weten we wel beter. Door onderzoek in
de geopende ddr-archieven is pas onlangs de waarheid aan het licht
gekomen, en in deze tijd van media-esthetiek is Marinus terecht
getransformeerd tot een figuur waaraan je je kunt meten. Sta eens stil bij
leven en werk van deze internationalist.

De eenzame drift is de kern van het oeuvre van Marinus van der Lubbe: "Ik
ben zelf links georienteerd en tot 1929 ben ik lid geweest van de
Communistische Partij in Nederland. Het beviel me niet van die partij dat
ze onder de arbeiders de leidende rol wil spelen en de leiding niet aan de
arbeiders zelf wil overlaten. Ik sympathiseer met het proletariaat dat de
klassenstrijd bedrijft. Zijn leiders moeten aan de spits staan. De massa
moet zelf uitmaken wat ze doen of laten moet." Woede en ideologie staan op
gespannen voet. Verheven gramschap zet zich af tegen de denkvoorschriften
over wat en wie goed en vooral fout is. Zelfs de meest libertijnse variant
van het anarchisme van de daad is te beperkend voor begrip van deze
postideoloog avant la lettre. Het bleek de dubieuze taak van de
Pannekoek-aanhangers (voor buitenstaanders: radencommunisten) om de meme
Van der Lubbe door de tweede helft van de twintigste eeuw heen te slepen -
maar thans staan wij aan de vooravond van de grote Van der
Lubbe-renaissance, met alle electronic merchandizing die daarbij hoort via
http://vanderlubbe.com (met de Van der Lubbe t-shirts en -petten en
authentieke remakes van zijn Kohlenanzuender - "die met de rode vlam").
Bezoek de virtual gallery met de Van der Lubbe-schilderijen en objecten,
de foto's, de MP3-files met voorgelezen Van der Lubbe-gedichten. Of speel
Cybermoker!, waarin je door een virtuele Reichstag rent, achternagezeten
door Goering en Dimitrov, met het doel zoveel mogelijk brandhaarden te
stichten. Zo krijg je een aardig beeld van Marinus in de late nineties.

Minder bekend is het nomadische leven dat Van der Lubbe leidde. Onze
Vroeg-Deleuziaan ondernam in 1931 een voetreis naar China om zich aan te
sluiten bij het Rode Leger van Mao. Aanvankelijk kostte het hem moeite om
Duitschland door te liften vanwege het ontbreken der Reichsautobahnen. Hij
zat in Brechtesgaden vier dagen vast vanwege landlooperij. Deze reis, die
verliep via Klagenfurt, Vukovar, Belgrado en loopt uiteindelijk vast aan
de Bulgaarse grens. Een jaar later loopt zijn sport- en studiereis naar de
Sovjet Unie wederom vast, ditmaal in een Poolse gevangenis. Wat dat
betreft lijkt hij sprekend op zijn tijdsgenoot Franz Jung, die als
literaire loser eveneens zijn oeuvre schreef in cellen, gaarkeukens en
Maennerheimen. Net als Anne Frank heeft Marinus alleen een (reis)dagboek
nagelaten; een rijk dokument, rijp voor vele Hollywood adoptaties. Bezoekt
na het Anne Frank-huis aan de Prinsengracht in Amsterdam het Lenin-huis
aan de Uiterste Gracht 56 te Leiden, waar binnenkort een bezoekscentrum
wordt geopend en ga vervolgens op pad...  Je bent revolutionair en je wilt
wat. De woede heeft een enorme energie opgewekt die te groot is voor de
bestaande politieke en culturele kanalisatie van het maatschappelijk
ongenoegen. Je wilt daar zijn waar het gebeurt. In China, Rusland, Berlijn
anno 1933. Het is nooit genoeg. Marinus wil nog verder, hij wil het
continentale plat af en schrijft zich in voor de deelname aan de zwemtocht
over het Kanaal.

Het zwerven maakt van Marinus een Onbenoembare, wiens vaagheid
onbevattelijk blijft voor de journaille, de partijideologen, artsen,
sympathisanten, de rechterlijke macht, tot aan de huidige kunstkritici aan
toe. Wat Marinus ontdekt had was dat je je eigen provincialisme alleen
kunt bestrijden door de konfrontatie aan te gaan met het provincialisme
van anderen. Groot zijn in een kleine tijd vraagt om de strategie van het
meta-gaan, waarbij je door het overzien van varia mikro-politieken een
eigen mega-lijn gaat uitstippelen. Dit blijft niet beperkt tot een mentaal
proces, cq. esthetische ervaring. Marinus besefte dat hij ook echt iets
moest doen om het wonder te laten geschieden dat de wereld voorgoed zou
veranderen. Als hij in februari Als er niets op te bouwen valt, ga je
jezelf afvragen: "Valt er nog wat te slopen?" Dit existentieel-politiek
moment dreigt in het huidige neo-liberale PC-tijdperk van de goede
bedoelingen in de taboesfeer terecht te komen. Nog extremer dan in
voorafgaande decennia is deze Wil tot Vernietigend Kommentaar ("het
Konsumeren der Faciliteiten") bij voorbaat in een kriminele ambiance
getrokken. Gangsta Rap is dan weer een esthetische verwerking van de
overall cririminalisering van de gezonde drang om af toe te moeten kotsen.
Voor de voor-oorlogse generatie was geweld nog een sociaal vraagstuk. Voor
de generatie van 68 verwerd het al snel tot een moreel dilemma.
Tegenwoordig is geweld geen inherente afwijking van de normaliteit meer,
maar een boosaardige inbreuk van buitenaf. Het is de Ander, de alien, de
moslim, de extremist, fundamentalist: al diegenen die niet langer geholpen
kunnen worden, maar nog slechts dienen te worden uitgeschakeld. Levend
onder het dictaat van het museum mag er niets meer worden gesloopt. Het
idee dat er dingen om ons heen zijn die hoog nodig afgebroken moeten
worden is tot achter de horizon verbannen. De zucht tot therapie heeft
zo'n groot bereik gekregen dat de dingen alleen nog maar van binnenuit
gerenoveerd kunnen worden. Nooit zal de therapeut eens zeggen: pak dat
pistool! Natuurlijk kan er van alles worden verbeterd aan de economie of
het openbaar vervoer - maar wie durft er nog te pleiten voor de sluiting
van de effectenhandel of van de ringwegen? Het is het tragische lot van de
Deleuzianen dat de groep die het beste doorheeft waar Mille Plateaux over
gaat de eigentijdse beursanalisen zijn. Geen enkele theorie of praktijk,
hoe radicaal ze zich ook presenteert, is meer bestand tegen overname door
de mainstream.
 
Is er nog hoop voor de negativiteit als elke kritiek, elke afwijzing kan
worden omgeduid tot een eigen market opportunity? En hier geeft Marinus
van der Lubbe opnieuw het goede voorbeeld. Er bestaan twee oerbeelden van
Marinus. Het eerste is die van de jonge arbeider in gekreukeld werkpak,
die met pet op en lucifers in de hand de zaak wel even in de hens zal
zetten. Het tweede beeld is van Marinus tijdens zijn rechtzaak van april
tot december 1933, waarbij hij nooit zijn rechters aankeek, maar altijd
zijn hoofd omlaag gericht hield - zo consequent zelfs dat toen hij op17
november even wel opkeek, dit voorpaginanieuws was in de dagbladen. Van
der Lubbe was tot in maart trots op zijn daad en legde tegenover de
politie ook een uitvoerige verklaring af hoe en waarom hij de Rijksdag in
brand had gestoken. Dit was zijn heldenstadium. Toen hij zich half maart
echter realiseerde dat zijn daad hem ontstolen werd door de fascisten en
de communisten, die hem beide het werktuig noemden van een komplot door de
tegenpartij, en hij vermorzeld werd tussen de molenstenen van nationaal
socialisme (Goering die het proces domineerde) en stalinisme (Dimitrov die
als communist was opgepakt omdat hij Van der Lubbe zou hebben aangezet tot
zijn daden) - nam hij zijn voorovergebogen houding aan. Ook van Che
Guevara kennen we twee beelden: het stoere hoofd met de zwarte baret met
rode ster, en het half ontblote lijk waarvan het willoze hoofd overeind is
getrokken. Van der Lubbe nam intuitief de houding aan van de onderworpen,
gebroken arbeider die zijn onderdrukking heeft aanvaard, zoals die
bijvoorbeeld ook te zien bij de ongelukkige arbeiders in de onderaardse
stad uit de openingsscenes van Fritz Langs Metropolis. Hij werd hierdoor
meer dan een antiheld, hij drukte met zijn voorover hangende figuur niet
alleen uit dat hij zich onderwierp aan de rechtsgang die hem zijn
heldendaad weigerde, hij ging nog een paar verdiepingen lager - het hele
gebeuren interesseert hem geen ene moer meer. Van der Lubbe's gebogen
houding drukt een ongeluk uit dat het ongeluk ver gepasseerd is, bodemloos
is geworden, zo bodemloos dat Van der Lubbe de hele tijd omlaag blijft
kijken om te zien waar de grond onder zijn voeten is gebleven.

Tegelijkertijd spreekt uit zijn trieste houding ook een enorme kracht -
want de totale afwijzing is het enige middel dat Marinus nog in eigen hand
heeft. Zijn houding drukt de overwinning van de negatie uit, van het
negatieve denken dat uitsluitend afwijst zonder een of ander constructief
alternatief te bieden (dat toch altijd uitloopt op rampspoed - zie het
communisme en kapitalisme). Rinus van de Lubbe is de heilige van de
negativiteit, vertolker van de volkomen, volmaakt geworden weerzin. Een
keer gaf hij helemaal toe aan alle toorn die in hem ziedde, maar daarna
was hij sterker dan zijn losgebroken razernij, en dat deed hij door
zwakker te zijn dan het allerzwakste lam dat naar de slachtbank wordt
geleid. Het is geen toeval dat de nazi's hem onthoofden, want dat hangende
hoofd was de grootste steen des aanstoots, een sterker symbool van verzet
dan de rijksdagbrand die hij in zijn eentje had weten te stichten. Het
hangende hoofd was een symbool dat werkelijk hun razernij opwekte
(Dimitrov herkenden ze als hun gelijke en die werd dan ook vrijgesproken).
Toen de valbijl op zijn hals neerkwam, sloeg hij ook zijn kin eraf, want
zelfs onder de guillotine hield Rinus zijn hoofd gebogen. Marinus van der
Lubbe - dat is de Triumpf des Unwillens.


--
* Verspreid via nettime-nl. Commercieel gebruik niet toegestaan zonder
* toestemming. <nettime-nl> is een gesloten en gemodereerde mailinglist
* over net-kritiek. Meer info: list@dds.nl met 'info nettime-nl' in de
* tekst v/d email. Archief: http://www.factory.org/nettime-nl. Contact:
* nettime-nl-owner@dds.nl. Int. editie: http://www.desk.nl/~nettime.